1.
Nadat de toezichtbeslissing is erkend en de bevoegde autoriteit in de uitvaardigende lidstaat niet binnen tien dagen na de kennisgeving, bedoeld in
artikel 5:3:8, eerste lid, het certificaat heeft ingetrokken, draagt het openbaar ministerie er zorg voor dat de toezichtbeslissing zo spoedig mogelijk, overeenkomstig het Nederlandse recht en met inachtneming van de erkenningsbeslissing, ten uitvoer wordt gelegd.
2.
Het openbaar ministerie geeft aan een krachtens algemene maatregel van bestuur aangewezen reclasseringsinstelling opdracht toezicht te houden op de naleving van de aan de betrokkene opgelegde toezichtmaatregelen en hem ten behoeve daarvan te begeleiden. De betrokkene is verplicht zijn medewerking te verlenen aan het reclasseringstoezicht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen.