1.
Vatbaar voor erkenning en tenuitvoerlegging is een door een bevoegde justitiële autoriteit van een andere lidstaat van de Europese Unie uitgevaardigd Europees bewijsverkrijgingsbevel dat is opgesteld overeenkomstig het in de bijlage bij kaderbesluit nr. 2008/978/JBZ van de Raad van de Europese Unie van 18 december 2008 betreffende het Europees bewijsverkrijgingsbevel ter verkrijging van voorwerpen, documenten en gegevens voor gebruik in strafprocedures (PbEU L 350) opgenomen model en strekt tot:
a.
inbeslagneming van voorwerpen of bescheiden ten behoeve van de waarheidsvinding voor zover deze zich op Nederlands grondgebied bevinden;
b.
het verkrijgen van opgeslagen of vastgelegde gegevens voor zover deze zich op Nederlands grondgebied bevinden of naar Nederlands recht toegankelijk zijn;
c.
de overdracht van de in de onderdelen a en b bedoelde voorwerpen, bescheiden of gegevens aan de uitvaardigende autoriteit;
d.
verstrekking van strafvorderlijke of politiegegevens aan de uitvaardigende autoriteit.
2.
Met een door een bevoegde justitiële autoriteit uitgevaardigd Europees bewijsverkrijgingsbevel als bedoeld in het eerste lid wordt gelijk gesteld een Europees bewijsverkrijgingsbevel dat is uitgevaardigd door een andere autoriteit die door de uitvaardigende lidstaat is aangewezen als bevoegd tot het uitvaardigen van een Europees bewijsverkrijgingsbevel, voor zover de uitvoering van dat bevel kan geschieden zonder toepassing van dwangmiddelen. Indien voor de uitvoering van het bevel toepassing van dwangmiddelen is vereist, is het bevel slechts voor erkenning en tenuitvoerlegging vatbaar indien het is bekrachtigd door een justitiële autoriteit van de uitvaardigende lidstaat.
3.
Niet voor erkenning en tenuitvoerlegging vatbaar is een Europees bewijsverkrijgingsbevel strekkende tot het verkrijgen van opgeslagen of vastgelegde gegevens over het communicatieverkeer van een gebruiker van een communicatiedienst als bedoeld in
artikel 126la.