2.
De beschikking wordt niet gegeven dan op een met redenen omklede vordering van de officier van justitie.
3.
Is bekend aan wie de voorwerpen toebehoren waarvan de onttrekking aan het verkeer wordt gevorderd, dan wordt hem een afschrift van de vordering betekend.
4.
De behandeling van de vordering door de raadkamer vindt plaats in het openbaar.
5.
De beschikking wordt onverwijld aan de belanghebbende, zo deze bekend is, betekend.
6.
De officier van justitie kan binnen veertien dagen na dagtekening van de beschikking beroep in cassatie instellen en de belanghebbende binnen veertien dagen na de betekening.
7.
De belanghebbende die beroep in cassatie heeft ingesteld of ingevolge het vierde lid van dit artikel is gehoord, kan geen beklag doen overeenkomstig
artikel 552b.