1.
Degene in wiens handen een aangehouden verdachte zich bevindt zorgt dat de nodige maatregelen worden genomen om te voorkomen dat het doel van de vrijheidsbeneming wordt gemist. De verdachte mag aan geen andere beperkingen worden onderworpen dan die voor dit doel volstrekt noodzakelijk zijn.
2.
Aan de verdachte wordt gelegenheid gegeven zich met een raadsman in verbinding te stellen.
3.
Bij algemene maatregel van bestuur worden omtrent de behandeling van aangehouden verdachten nadere regelen gegeven.
Inhoudsopgave
+ Eerste Boek. Algemeene bepalingen
+ Tweede Boek. Strafvordering in eersten aanleg
+ Derde Boek. Rechtsmiddelen
- Vierde Boek. Eenige rechtsplegingen van bijzonderen aard
+ Vijfde Boek. Internationale en Europese strafvorderlijke samenwerking
+ Zesde Boek. Tenuitvoerlegging en kosten
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht