1.
Indien alleen het openbaar ministerie beroep in cassatie heeft ingesteld, wordt het beroep aan de verdachte in persoon aangezegd, tenzij zich een omstandigheid heeft voorgedaan waaruit voortvloeit dat het beroep de verdachte bekend is.
2.
De verdachte kan binnen veertien dagen nadat aan hem de aanzegging van het beroep door het openbaar ministerie in persoon is betekend of zich enige andere omstandigheid heeft voorgedaan, waaruit voortvloeit dat het beroep hem bekend is, zijnerzijds alsnog beroep in cassatie instellen.
3.
Indien de benadeelde partij zich in het geding gevoegd heeft, wordt haar van elk ingesteld beroep in cassatie, binnen veertien dagen na de aantekening vanwege het openbaar ministerie bij het gerecht dat het vonnis of arrest heeft gewezen, kennis gegeven.
Inhoudsopgave
+ Eerste Boek. Algemeene bepalingen
+ Tweede Boek. Strafvordering in eersten aanleg
- Derde Boek. Rechtsmiddelen
+ Vierde Boek. Eenige rechtsplegingen van bijzonderen aard
+ Vijfde Boek. Internationale en Europese strafvorderlijke samenwerking
+ Zesde Boek. Tenuitvoerlegging en kosten
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht