1.
Wordt verstaan:
onder schipper: elke gezagvoerder van een Nederlands schip of zeevissersschip of degene die deze vervangt;
onder opvarende: ieder ander die zich aan boord van een Nederlands schip of zeevissersschip bevindt; opvarende blijft wie buiten het rijk in Europa het vaartuig gedurende de reis tijdelijk verlaat;
onder schepeling: ieder die zich als scheepsofficier of scheepsgezel aan boord van een Nederlands schip of zeevissersschip bevindt;
onder gezagvoerder van een luchtvaartuig: elke gezagvoerder van een Nederlands burgerlijk luchtvaartuig of degene die deze vervangt.
2.
Wordt begrepen:
onder schipper: hij die de leiding heeft op een door Ons aangewezen installatie ter zee;
onder opvarende: ieder ander die zich op zulk een installatie bevindt.
3.
Het in de voorgaande leden bepaalde geldt niet, wanneer uit enige bepaling een andere betekenis blijkt.
4.
Onder commandant wordt verstaan de bevelhebber van een Nederlands oorlogsschip of een Nederlands militair luchtvaartuig.
Inhoudsopgave
- Eerste Boek. Algemeene bepalingen
+ Tweede Boek. Strafvordering in eersten aanleg
+ Derde Boek. Rechtsmiddelen
+ Vierde Boek. Eenige rechtsplegingen van bijzonderen aard
+ Vijfde Boek. Internationale en Europese strafvorderlijke samenwerking
+ Zesde Boek. Tenuitvoerlegging en kosten
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht