1.
Een verzekeraar, niet zijnde een verzekeraar met beperkte risico-omvang, met zetel in Nederland waardeert, tenzij anders vermeld, activa en passiva als volgt:
a. activa worden gewaardeerd tegen het bedrag waarvoor ze kunnen worden verhandeld tussen ter zake goed geïnformeerde, tot een transactie bereid zijnde partijen die onafhankelijk van elkaar zijn;
b. passiva worden gewaardeerd tegen het bedrag waarvoor ze kunnen worden overgedragen of afgewikkeld tussen ter zake goed geïnformeerde, tot een transactie bereid zijnde partijen die onafhankelijk van elkaar zijn.
2.
Bij de waardering van de in het eerste lid, onderdeel b, bedoelde passiva wordt niet gecorrigeerd voor de eigen kredietwaardigheid van de verzekeraar.
1.
Een entiteit voor risico-acceptatie of verzekeraar met zetel in Nederland doet het boekjaar gelijk lopen met het kalenderjaar.
2.
De Nederlandsche Bank kan op aanvraag, al dan niet voor bepaalde tijd, ontheffing verlenen van het eerste lid, indien de aanvrager aantoont dat daaraan redelijkerwijs niet kan worden voldaan en dat de doeleinden die dit artikel beoogt te bereiken anderszins worden bereikt.
1.
Een afwikkelonderneming, betaalinstelling, clearinginstelling, elektronischgeldinstelling, bank, kredietunie, pensioenbewaarder, premiepensioeninstelling, verzekeraar of wisselinstelling met zetel in Nederland verstrekt binnen zes maanden na afloop van het boekjaar aan de Nederlandsche Bank de jaarrekening, het bestuursverslag en de overige gegevens, bedoeld in de artikelen 361, eerste lid, onderscheidenlijk 391, eerste lid, en 392, eerste lid, onderdelen a tot en met h, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
2.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld met betrekking tot de wijze van de verstrekking van de jaarrekening, het bestuursverslag en de overige gegevens.
3.
Onverminderd het bepaalde in Titel 9 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek kan de Nederlandsche Bank op aanvraag geheel of gedeeltelijk, al dan niet voor bepaalde tijd, ontheffing verlenen van het eerste lid indien de aanvrager aantoont dat daaraan redelijkerwijs niet kan worden voldaan en dat de doeleinden die dit artikel beoogt te bereiken anderszins worden bereikt.
1.
Een afwikkelonderneming met zetel in Nederland, een bank met zetel in Nederland, een beheerder met zetel in Nederland van een icbe, een beleggingsonderneming met zetel in Nederland die beleggingsdiensten verleent of beleggingsactiviteiten verricht in Nederland, een betaalinstelling, een clearinginstelling, elektronischgeldinstelling met zetel in Nederland, kredietunie met zetel in Nederland of een Nederlandse beheerder van een beleggingsinstelling verstrekt periodiek binnen de daartoe vastgestelde termijnen staten aan de Nederlandsche Bank, al dan niet tevens op geconsolideerde basis, die deze nodig heeft voor het toezicht op de naleving van het bij of krachtens dit deel bepaalde.
2.
Het eerste lid is niet van toepassing op financiële ondernemingen als bedoeld in het eerste lid, waaraan een ontheffing als bedoeld in artikel 3:57, zesde lid, of 3:63, vierde lid, is verleend.
3.
Een entiteit voor risico-acceptatie of verzekeraar met zetel in Nederland verstrekt periodiek binnen de daartoe vastgestelde termijnen staten aan de Nederlandsche Bank, die deze nodig heeft voor het toezicht op de naleving van het bij of krachtens dit deel bepaalde.
4.
Indien een levensverzekeraar of natura-uitvaartverzekeraar met zetel in Nederland een nieuw type levensverzekering of natura-uitvaartverzekering heeft gesloten, voegt hij bij de staten een opgave van de technische grondslagen voor de berekening van het desbetreffende tarief en van de desbetreffende technische voorzieningen. De levensverzekeraar of natura-uitvaartverzekeraar voegt bij de staten eveneens een opgave van de wijzigingen in de technische grondslagen voor de berekening van zijn tarieven en van de technische voorzieningen.
5.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden, onverminderd het bepaalde ingevolge de artikelen 99, 100 en 101 van de verordening kapitaalvereisten, regels gesteld met betrekking tot de inhoud en de modellen van de staten en de wijze, de periodiciteit en de termijnen van de verstrekking, en wordt bepaald welke staten worden verstrekt en welke staten openbaar worden gemaakt.
6.
De Nederlandsche Bank kan, indien zich een gebeurtenis voordoet of heeft voorgedaan die ernstige gevolgen heeft of kan hebben voor de financiële positie van een financiële onderneming als bedoeld in het eerste of derde lid, voorschrijven dat een of meer staten tijdelijk worden verstrekt met een hogere frequentie of op een kortere termijn dan ingevolge het vijfde lid is bepaald. Deze staten worden niet openbaar gemaakt.
7.
Staten, verstrekt door een afwikkelonderneming, een bank, beheerder, clearinginstelling, premiepensioeninstelling of verzekeraar zijn periodiek voorzien van een verklaring omtrent de getrouwheid, afgegeven door een accountant. De Nederlandsche Bank kan bepalen dat staten, verstrekt door een beleggingsonderneming, voorzien zijn van een verklaring als bedoeld in de eerste volzin. De accountant waarmerkt de betrokken staten. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld met betrekking tot het onderzoek en de waarmerking van de staten.
8.
De Nederlandsche Bank kan op aanvraag geheel of gedeeltelijk, al dan niet voor bepaalde tijd, ontheffing verlenen van het eerste of derde lid indien de aanvrager aantoont dat daaraan redelijkerwijs niet kan worden voldaan en dat de doeleinden die dit artikel beoogt te bereiken anderszins worden bereikt.
9.
De Nederlandsche Bank publiceert periodiek de voornaamste geaggregeerde gegevens op basis van de staten die ingevolge het eerste lid door banken met zetel in Nederland aan haar zijn verstrekt.
Artikel 3:73
Een verzekeraar met beperkte risico-omvang legt de jaarrekening en het bestuursverslag, bedoeld in titel 9 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek op al zijn kantoren in Nederland ter inzage van een ieder tot achttien maanden na afloop van het boekjaar. Tot zolang verstrekt hij een ieder op verzoek een afschrift tegen ten hoogste de kostprijs.
1.
Een afwikkelonderneming met zetel in Nederland meldt gebeurtenissen of omstandigheden die de ordelijke uitoefening van het bedrijf van afwikkelonderneming bedreigen onverwijld aan de Nederlandsche Bank. De Nederlandsche Bank doet hiervan zo spoedig mogelijk mededeling aan de Autoriteit Financiële Markten.
2.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld met betrekking tot de melding, bedoeld in het eerste lid.
1.
Een afwikkelonderneming met zetel in Nederland draagt zorg voor het effectief verlenen van haar diensten.
2.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld met betrekking tot het eerste lid.
1.
Een verzekeraar, niet zijnde een verzekeraar met beperkte risico-omvang, met zetel in Nederland maakt jaarlijks een rapport over zijn solvabiliteit en financiële positie openbaar.
2.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld met betrekking tot het eerste lid.
1.
Een levensverzekeraar of schadeverzekeraar met zetel in Nederland verstrekt binnen zes maanden na afloop van het boekjaar aan de Nederlandsche Bank een opgave met betrekking tot de vanuit Nederland of andere lidstaten gelegen vestigingen gesloten levensverzekeringen onderscheidenlijk schadeverzekeringen, onder aparte vermelding van de uit hoofde van het verrichten van diensten naar andere lidstaten gesloten verzekeringen.
2.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld met betrekking tot de inhoud en de modellen van de opgaven en de wijze van de verstrekking.
3.
Het eerste lid is niet van toepassing op de vanuit de zetel in Nederland gesloten levensverzekeringen of schadeverzekeringen waarbij geen sprake is van het verrichten van diensten.
4.
De Nederlandsche Bank verstrekt de gegevens, bedoeld in het eerste lid, met betrekking tot een lidstaat in geaggregeerde vorm aan de toezichthoudende instantie van die lidstaat indien deze daarom verzoekt.
1.
De Nederlandsche Bank kan een bank of een beleggingsonderneming in de zin van de verordening kapitaalvereisten, met zetel in Nederland, opdragen de informatie, bedoeld in deel 8 van de verordening, met een hogere frequentie dan eens per jaar te publiceren en voorschrijven op welke wijze publicatie plaatsvindt.
2.
De Nederlandsche Bank kan een moederonderneming met zetel in Nederland, die aan het hoofd staat van een groep waartoe een bank of een beleggingsonderneming als bedoeld in het eerste lid behoort, opdragen om, overeenkomstig het bepaalde in artikel 106, tweede lid, van de richtlijn kapitaalvereisten, een beschrijving te publiceren van de juridische structuur en de governance- en organisatiestructuur van de groep.
3.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen ter uitvoering van de richtlijn kapitaalvereisten nadere regels worden gesteld betreffende verplichtingen voor banken of voor beleggingsondernemingen als bedoeld in het eerste lid tot het publiceren van informatie, alsmede met betrekking tot het eerste en tweede lid.
1.
Een betaalinstelling of elektronischgeldinstelling met zetel in Nederland die naast het verlenen van betaaldiensten tevens andere werkzaamheden verricht, voert een afzonderlijke boekhouding voor de betaaldiensten.
2.
Een elektronischgeldinstelling met zetel in Nederland die naast de uitgifte van elektronisch geld andere werkzaamheden verricht, voert een afzonderlijke boekhouding voor de uitgifte van het elektronisch geld.
3.
Een wisselinstelling met zetel in Nederland die naast wisseltransacties andere werkzaamheden verricht, voert een afzonderlijke boekhouding voor wisseltransacties.
Artikel 3:74c
Een Nederlandse beheerder van een beleggingsinstelling verstrekt aan de Nederlandsche Bank de bij of krachtens algemene maatregel van bestuur te bepalen gegevens met betrekking tot de wijze waarop de beheerder beleggingsinstellingen beheert, de beleggingsinstellingen die hij beheert, de beleggingen van de beleggingsinstellingen en de markten waarop de beleggingsinstellingen actief zijn.
Artikel 3:75
Een bank met zetel in een andere lidstaat die haar bedrijf uitoefent vanuit een in Nederland gelegen bijkantoor voert in Nederland ten minste een afzonderlijke boekhouding met betrekking tot het in Nederland gelegen bijkantoor, die zodanig is dat de Nederlandsche Bank het toezicht op de naleving van het ingevolge artikel 3:63 in samenhang met artikel 3:64 bepaalde kan uitoefenen.
1.
Een bank met zetel in een andere lidstaat die haar bedrijf uitoefent vanuit een in Nederland gelegen bijkantoor verstrekt binnen zes maanden na afloop van het boekjaar aan de Nederlandsche Bank de jaarrekening, de geconsolideerde jaarrekening en het bestuursverslag.
2.
De jaarrekening is voorzien van een verklaring omtrent de getrouwheid, afgegeven door een accountant, dan wel door een deskundige die ingevolge het recht van de lidstaat waar de bank haar zetel heeft, bevoegd is de jaarrekening te onderzoeken.
Artikel 3:77
Indien de Nederlandsche Bank daarom verzoekt, verstrekt een in Nederland gelegen bijkantoor van een bank met zetel in een andere lidstaat al dan niet periodiek staten als bedoeld in artikel 3:72, eerste lid, aan de Nederlandsche Bank, die deze nodig heeft voor het toezicht op de naleving van het ingevolge artikel 3:63 in samenhang met artikel 3:64 bepaalde. Artikel 3:72, vijfde tot en met negende lid, is van overeenkomstige toepassing.
1.
Een levensverzekeraar of schadeverzekeraar, niet zijnde een verzekeraar met beperkte risico-omvang, met zetel in een andere lidstaat die vanuit een in een staat die geen lidstaat is gelegen bijkantoor zijn bedrijf uitoefent door middel van het verrichten van diensten naar Nederland, verstrekt binnen zes maanden na afloop van het boekjaar aan de Nederlandsche Bank een opgave met betrekking tot de vanuit de bijkantoren gesloten levensverzekeringen of schadeverzekeringen uit hoofde van het verrichten van diensten naar Nederland.
2.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld met betrekking tot de inhoud en de modellen van de opgaven en de wijze van de verstrekking.
Artikel 3:79
De artikelen 3:69a en 3:70 zijn van overeenkomstige toepassing op levensverzekeraars en schadeverzekeraars, niet zijnde verzekeraars met beperkte risico-omvang, met zetel in een staat die geen lidstaat is, die hun bedrijf uitoefenen vanuit in Nederland gelegen bijkantoren.
Artikel 3:80
Artikel 3:75 is van overeenkomstige toepassing op banken, levensverzekeraars en schadeverzekeraars, niet zijnde verzekeraars met beperkte risico-omvang, met zetel in een staat die geen lidstaat is, die hun bedrijf uitoefenen vanuit in Nederland gelegen bijkantoren, met dien verstande dat levensverzekeraars en schadeverzekeraars de bedoelde boekhouding ter plaatse van het bijkantoor bewaren.
1.
Een bank, levensverzekeraar of schadeverzekeraar, niet zijnde een verzekeraar met beperkte risico-omvang, met zetel in een staat die geen lidstaat is, die haar onderscheidenlijk zijn bedrijf uitoefent vanuit een in Nederland gelegen bijkantoor, verstrekt binnen zes maanden na afloop van het boekjaar aan de Nederlandsche Bank de jaarrekening, de geconsolideerde jaarrekening en het bestuursverslag.
2.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld met betrekking tot de wijze van de verstrekking van de jaarrekening, de geconsolideerde jaarrekening en het bestuursverslag.
3.
De jaarrekening is voorzien van een verklaring omtrent de getrouwheid, dan wel een met de verklaring omtrent de getrouwheid overeenkomende verklaring, afgegeven door een accountant, dan wel door een deskundige die ingevolge het recht van de staat waar de financiële onderneming, bedoeld in het eerste lid, haar zetel heeft, bevoegd is de jaarrekening te onderzoeken.
1.
Artikel 3:72, eerste lid en vijfde tot en met achtste lid, is van overeenkomstige toepassing op beleggingsondernemingen met zetel in een staat die geen lidstaat is die beleggingsdiensten verlenen of beleggingsactiviteiten verrichten in Nederland en in Nederland gelegen bijkantoren van banken met zetel in een staat die geen lidstaat is, met dien verstande dat de staten zijn voorzien van een verklaring omtrent de getrouwheid, dan wel een met de verklaring omtrent de getrouwheid overeenkomende verklaring, afgegeven door een accountant, dan wel door een deskundige die ingevolge het recht van de staat waar de beleggingsonderneming of bank haar zetel heeft, bevoegd is de staten te onderzoeken. Artikel 3:72, negende lid, is van overeenkomstige toepassing op in Nederland gelegen bijkantoren van banken met zetel in een staat die geen lidstaat is.
2.
Artikel 3:72, derde en vijfde tot en met achtste lid, is van overeenkomstige toepassing op in Nederland gelegen bijkantoren van levensverzekeraars of schadeverzekeraars, niet zijnde verzekeraars met beperkte risico-omvang, met zetel in een staat die geen lidstaat is. Artikel 3:72, vierde lid, is van overeenkomstige toepassing op in Nederland gelegen bijkantoren van levensverzekeraars, niet zijnde verzekeraars met beperkte risico-omvang, met zetel in een staat die geen lidstaat is.
Artikel 3:82a
Artikel 3:73c is van overeenkomstige toepassing op in Nederland gelegen bijkantoren van levensverzekeraars en schadeverzekeraars, niet zijnde verzekeraars met beperkte risico-omvang, met zetel in een staat die geen lidstaat is.
1.
Een levensverzekeraar of schadeverzekeraar, niet zijnde een verzekeraar met beperkte risico-omvang, met zetel in een staat die geen lidstaat is, verstrekt binnen zes maanden na afloop van het boekjaar aan de Nederlandsche Bank een opgave met betrekking tot de vanuit de in Nederland gelegen bijkantoren gesloten levensverzekeringen onderscheidenlijk schadeverzekeringen uit hoofde van het verrichten van diensten naar andere lidstaten.
2.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld met betrekking tot de inhoud en de modellen van de opgaven en de wijze van de verstrekking.
3.
Artikel 3:74, vierde lid, is van overeenkomstige toepassing.
4.
Artikel 3:78 is van overeenkomstige toepassing op levensverzekeraars en schadeverzekeraars met zetel in een staat die geen lidstaat is, die diensten verrichten naar Nederland.
Artikel 3:83a
Het bepaalde ingevolge artikel 3:74a van deze wet en deel 8 van de verordening kapitaalvereisten omtrent de openbaarmaking van informatie is van overeenkomstige toepassing op een bank of een beleggingsonderneming in de zin van die verordening, die haar zetel heeft in een staat die geen lidstaat is en haar bedrijf uitoefent vanuit een in Nederland gelegen bijkantoor.
Artikel 3:84
De artikelen 3:69a en 3:70 zijn van overeenkomstige toepassing op herverzekeraars en verzekeraars met beperkte risico-omvang met zetel in een niet-aangewezen staat, die hun bedrijf uitoefenen vanuit in Nederland gelegen bijkantoren.
Artikel 3:84a
De artikelen 3:71, 3:72, 3:73a en 3:73b zijn van overeenkomstige toepassing op afwikkelondernemingen met zetel in een niet-aangewezen staat en op in Nederland gelegen bijkantoren van afwikkelondernemingen met zetel in een niet-aangewezen staat.
Artikel 3:85
De artikelen 3:75 en 3:81 zijn van overeenkomstige toepassing op clearinginstellingen, herverzekeraars en verzekeraars met beperkte risico-omvang met zetel in een niet-aangewezen staat, die hun bedrijf uitoefenen vanuit in Nederland gelegen bijkantoren.
1.
Artikel 3:72, eerste lid en vijfde tot en met achtste lid, is van overeenkomstige toepassing op in Nederland gelegen bijkantoren van clearinginstellingen met zetel in een niet-aangewezen staat, met dien verstande dat de staten zijn voorzien van een verklaring omtrent de getrouwheid, dan wel een met de verklaring omtrent de getrouwheid overeenkomende verklaring, afgegeven door een accountant, dan wel door een deskundige die ingevolge het recht van de staat waar de afwikkelonderneming onderscheidenlijk de clearinginstelling haar zetel heeft, bevoegd is de staten te onderzoeken.
2.
Artikel 3:72, derde tot en met zesde en achtste lid, is van overeenkomstige toepassing op in Nederland gelegen bijkantoren van entiteiten voor risico-acceptatie, herverzekeraars en verzekeraars met beperkte risico-omvang met zetel in een niet-aangewezen staat. Artikel 3:73c is van overeenkomstige toepassing op in Nederland gelegen bijkantoren van verzekeraars met beperkte risico-omvang met zetel in een niet-aangewezen staat.
Artikel 3:86a
Artikel 3:73c is van overeenkomstige toepassing op in Nederland gelegen bijkantoren van herverzekeraars en verzekeraars met beperkte risico-omvang met zetel in een niet-aangewezen staat.
1.
Een verzekeraar met beperkte risico-omvang met zetel in een niet-aangewezen staat, die zijn bedrijf uitoefent door middel van het verrichten van diensten naar Nederland, verstrekt binnen zes maanden na afloop van het boekjaar aan de Nederlandsche Bank een opgave met betrekking tot de gesloten levensverzekeringen, natura-uitvaartverzekeringen dan wel schadeverzekeringen uit hoofde van het verrichten van diensten naar Nederland.
2.
Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld met betrekking tot de inhoud en de modellen van de opgaven, bedoeld in het eerste lid, en de wijze van de verstrekking.
Artikel 3:87a
De artikelen 3:71 en 3:74b, derde lid, zijn van overeenkomstige toepassing op wisselinstellingen met zetel in een niet-aangewezen staat die hun bedrijf uitoefenen vanuit in Nederland gelegen bijkantoren.
Inhoudsopgave
+ 1. Algemeen deel
+ 2. Deel Markttoegang Financiële Ondernemingen
- 3. Deel Prudentieel Toezicht Financiële Ondernemingen
+ 3a. Deel Bijzondere maatregelen en voorzieningen betreffende financiële ondernemingen
+ 4. Deel Gedragstoezicht financiële ondernemingen
+ 5. Deel Gedragstoezicht financiële markten
+ 6. Deel bijzondere maatregelen betreffende de stabiliteit van het financiële stelsel
+ 7. Deel Slotbepalingen
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht