1.
Een premiepensioeninstelling draagt er zorg voor dat de door of namens haar verstrekte informatie aan pensioendeelnemers of pensioengerechtigden geen afbreuk doet aan ingevolge het derde tot en met zesde lid te verstrekken informatie.
2.
De informatie, bedoeld in het eerste lid, is feitelijk juist, begrijpelijk en niet misleidend.
3.
Onverminderd de informatie die moet worden verstrekt aan pensioendeelnemers of pensioengerechtigden op grond van het op de pensioenregeling toepasselijke recht, verstrekt een premiepensioeninstelling pensioendeelnemers en pensioengerechtigden:
a. op hun verzoek:
1°. de jaarrekening en het bestuursverslag in verband met de premieregeling die hen recht geeft op het ontvangen van een pensioenuitkering of ingevolge waarvan de pensioengerechtigden een pensioenuitkering ontvangen;
2°. de in artikel 3:267a bedoelde verklaring inzake de beleggingsbeginselen;
b. bij wijzigingen in de voorschriften van een pensioenregeling, binnen een redelijke termijn alle informatie die redelijkerwijs relevant is voor een adequate beoordeling van die wijzigingen.
4.
Een premiepensioeninstelling verstrekt pensioendeelnemers op hun verzoek alle informatie die voor hen redelijkerwijs relevant is voor een adequate beoordeling van:
a. indien van toepassing, het niveau van de uitkering in geval van beëindiging van de dienstbetrekking;
b. wanneer de pensioendeelnemer de verantwoordelijkheid voor beleggingen heeft overgenomen, alle beschikbare beleggingsmogelijkheden, indien van toepassing, en de feitelijke beleggingsportefeuille, evenals gegevens over de risicopositie en de kosten in verband met de beleggingen;
c. de modaliteiten voor de overdracht van aanspraken op een andere instelling ingeval van beëindiging van de dienstbetrekking.
5.
Een premiepensioeninstelling verstrekt pensioendeelnemers jaarlijks beknopte informatie over de situatie van de premiepensioeninstelling en over de actuele waarde van de totale individuele aanspraken.
6.
Een premiepensioeninstelling verstrekt een pensioengerechtigde bij zijn pensionering of op het moment dat de premiepensioeninstelling tot het uitbetalen van een andere uitkering dan een uitkering in verband met de pensionering verschuldigd wordt, alle informatie die redelijkerwijs relevant is voor een adequate beoordeling van de uitkering waarop de pensioengerechtigde aanspraak kan maken en de wijze van uitbetaling van deze uitkering.
Inhoudsopgave
+ 1. Algemeen deel
+ 2. Deel Markttoegang Financiële Ondernemingen
+ 3. Deel Prudentieel Toezicht Financiële Ondernemingen
+ 3a. Deel Bijzondere maatregelen en voorzieningen betreffende financiële ondernemingen
- 4. Deel Gedragstoezicht financiële ondernemingen
+ 5. Deel Gedragstoezicht financiële markten
+ 6. Deel bijzondere maatregelen betreffende de stabiliteit van het financiële stelsel
+ 7. Deel Slotbepalingen
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht