1.
Met het verlenen van bijstand bij onderzoeken of inspecties als bedoeld in de artikelen 11 en 12 van de verordening bankentoezicht en de artikelen 35 en 36 van de verordening gemeenschappelijk afwikkelingsmechanisme zijn belast de op grond van artikel 1:72 door de Nederlandsche Bank aangewezen personen. Zij zijn bevoegd van een ieder medewerking aan bedoelde onderzoeken en inspecties te vorderen.
2.
De in het eerste lid bedoelde personen zijn tevens bevoegd bedrijfsruimten, boeken of bescheiden te verzegelen.
Inhoudsopgave
- 1. Algemeen deel
+ 2. Deel Markttoegang Financiële Ondernemingen
+ 3. Deel Prudentieel Toezicht Financiële Ondernemingen
+ 3a. Deel Bijzondere maatregelen en voorzieningen betreffende financiële ondernemingen
+ 4. Deel Gedragstoezicht financiële ondernemingen
+ 5. Deel Gedragstoezicht financiële markten
+ 6. Deel bijzondere maatregelen betreffende de stabiliteit van het financiële stelsel
+ 7. Deel Slotbepalingen
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht