1.
Bij een aanbod tot schenking dat schriftelijk wordt gedaan, kan worden bepaald dat het geschonkene onder bewind zal staan.
2.
Het bewind heeft dezelfde rechtsgevolgen als een bij uiterste wilsbeschikking ingesteld bewind, met dien verstande dat
a. de termijnen bedoeld in de artikelen 178 leden 1 en 2, 179 lid 2 en 180 lid 2 van Boek 4, aanvangen op het tijdstip waarop de schenking wordt uitgevoerd, en
b. het bewind, voor zover het niet in het belang van een ander dan de begiftigde is ingesteld, ook eindigt wanneer de schenker en de begiftigde een gemeenschappelijk besluit tot opheffing schriftelijk ter kennis van de bewindvoerder brengen.
Inhoudsopgave
- Boek 7. Bijzondere overeenkomsten
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht