1.
De maatregelen van schorsing in de uitoefening van de praktijk en van schrapping van het tableau worden, zodra de beslissing in kracht van gewijsde is gegaan, door de griffier van de raad van discipline medegedeeld aan de secretaris van de algemene raad met het oog op de verwerking op het tableau.
2.
De deken van de orde waartoe de betrokken advocaat behoort dan wel, indien de betrokken advocaat de deken is, het college van toezicht draagt zorg voor de openbaarmaking als bedoeld in
artikel 48, vijfde lid.
3.
In geval van toepassing van de
artikelen 48a tot en met 48g geschieden de mededeling, bedoeld in het eerste lid, en de openbaarmaking, bedoeld in het tweede lid, niet dan nadat last tot tenuitvoerlegging van de beslissing of het betrokken deel daarvan is gegeven.