1.
Hij die in de gevallen waarin door of krachtens een verdrag een verklaring onder ede of onder een daarvoor in de plaats tredende bevestiging of belofte wordt gevorderd, in Nederland, per videoconferentie, voor een rechterlijke autoriteit van een andere staat mondeling, persoonlijk, opzettelijk een valse verklaring aflegt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren of geldboete van de vierde categorie.
3.
Geen vervolging vindt plaats dan op klacht van de rechterlijke autoriteit voor wie de valse verklaring werd afgelegd. Artikel 66 blijft met betrekking tot de in dit lid bedoelde klacht buiten toepassing.
Inhoudsopgave
+ Eerste Boek. Algemene bepalingen
- Tweede Boek. Misdrijven
+ Derde Boek. Overtredingen
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht