1.
De vruchten, welke de zaak tijdens het genot oplevert, behooren den kooper toe. Voorzoover bij de akte van huurkoop hiervan is afgeweken, heeft de kooper niettemin het genot der vruchten, indien niet anders is overeengekomen.
2.
De burgerlijke vruchten worden, voor zoover niet anders is overeengekomen, gerekend van dag tot dag verkregen te worden en den kooper toe te behooren, naarmate zijn genot duurt, welk ook het tijdstip moge wezen, waarop dezelve betaalbaar zijn.
3.
De verplichting tot teruggave van de in huurkoop afgeleverde zaak omvat die tot teruggave van de vruchten, welke den verkooper toebehooren.
Inhoudsopgave
- Boek 7a. Bijzondere overeenkomsten; vervolg
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht