1.
In afwijking van
hoofdstuk 6 is een schip verplicht aan een bovenmaats zeegaand schip voorrang te verlenen.
3.
Indien één van twee schepen die elkaar naderen op tegengestelde koersen een schip is dat de lichten of het dagteken, bedoeld in
artikel 10.03, voert, is
artikel 6.04a niet van toepassing.
4.
Schepen die de lichten of het dagteken, bedoeld in
artikel 10.03, voeren moeten zich behoudens het derde lid onderling gedragen naar de vaarregels van
hoofdstuk 6.